De gemeenteraad heeft op 16 oktober 2014 het beleidsplan WMO, de verordening WMO en Jeugd vastgesteld. Een stap in de richting naar de grote decentralisatie in 2015.
De voorstellen, aanpassingen en reacties hebben wij met grote belangstelling doorgenomen. Wij zijn positief gestemd over de ontwikkelingen, hoewel er door met name het landelijk getreuzel nog veel onduidelijk blijft.
Tocht willen wij de ruimte nemen om een aantal zaken te benadrukken. Wij sluiten ons daarbij grotendeels aan bij de reactie gegeven door de WMO-Raad.
Te beginnen bij het PGB. Gelukkig blijven diverse PGB-budgetten ook naar de toekomst toe behouden zodat gebruikers zelf hun zorg kunnen regelen. Wij zien dit als een goede ontwikkeling naast het aanbod van zorg in natura. Niet alleen op het gebied van zorg, maar ook op het gebied van zelfstandigheid en werkgelegenheid.
Dan de huishoudelijke hulp. Het gegeven dat het Rijk hier 40% op gaat korten, zal gemeenten in de problemen gaan brengen. Onze gemeente heeft nog altijd binnen de gestelde budgetten kunnen werken, dat is een gunstig gegeven. Daarnaast zal de compensatie van het Rijk in 2015 nodig zijn voor de zachte landing en het behoud van werkgelegenheid. Het is daarbij wel van belang dat vroegtijdig in 2015 bekeken wordt hoe dit zich naar 2016 en verder moet gaan ontwikkelen.
Wij begrijpen dat de WMO-Raad op dit moment de deskundigheid mist om een oordeel te kunnen geven over het beleidsplan Jeugd. Wij verzoeken het College om de WMO-raad hierin te ondersteunen, zodat zij ook op dit vlak een deskundig advies kunnen geven.
Het tot een succes maken van de uitvoering van de WMO 2015 vergt een groeiproces. Een proces dat wij in het verleden door de kanteling al succesvol hebben ingezet. Wij verzoeken het College om ons na januari 2015 ook frequent te informeren over de ervaringen die worden opgedaan, zodat tijdig bijgesteld kan worden mocht dit noodzakelijk zijn en zodat flexibiliteit behouden kan blijven. Tevens gaan wij er vanuit dat deze ervaringen worden verwerkt in het nieuwe beleidsplan 2016-2018.
In 2015 worden wij graag bijgepraat over de ontwikkelingen en uit te stippelen maatregelen voor het doelgroepenvervoer. Wij begrijpen dat hierin nog veel onduidelijk is, maar dat er hard gewerkt wordt aan creatieve oplossingen voor 2016 en verder.
De rol van kleine aanbieders, blijft voor onze fractie nog steeds onderbelicht. Wij vragen hiervoor dan nogmaals de aandacht van het College en om dit mee te nemen bij de verdere uitvoering. Het college heeft aangegeven hier samen met de regio-gemeenten volledig om te gaan inzetten.